Dans! - The Road to Heavies: les 12, 3 februari 2012
Of eigenlijk: wat les 12 had moeten zijn
Het poedersneeuwt als ik tegen half 10 de deur uit ga. Na een bezoekje aan de markt stap ik tegen tien uur op de bus en waaien er mooie sluiers poedersneeuw over de weg.
Ach, zo'n vaart zal het wel niet lopen. Als ik op m'n werk ben en tegen twaalven de hemelsluizen beetje bij beetje geopend worden is het hommeles. Tegen tweeën ligt er een sneeuwdek waar je U tegen zegt en vanaf m'n werkplek in het centrum van Amsterdam hoor ik op de radio hoe het ene na het andere treintraject uitvalt, het openbaar vervoer in Amsterdam op enkele plekken ontregeld is door vastgevroren wissels, de website van de NS overbelast is en menig autoweg tot chaos verworden is.
Ach: nog zo'n 3 uur te gaan voor ik naar dansles moet. Ik zie tegen die tijd wel hoe het zit. Ik bel wel het thuisfront en vraag of m'n broer een bericht kan sturen naar de docent, dat ik mogelijk niet aanwezig ben: een beetje stom, maar ik heb nog geen contactinformatie bij me voor het geval er iets mis gaat onderweg en kan de docent dus niet bereiken vanaf m'n werk.
Elders overnachten in geval van OV-stilstand
Kort erna word ik gebeld door m'n grootvader in Osdorp: of er nog bussen rijden van en naar Purmerend weet hij niet maar als die in de avond uit zouden vallen kan ik altijd uitwijken om bij hun een maaltijd te nuttigen en te overnachten. Het is te hopen dat er tegen die tijd nog trams rijden, maar goed, ik zie het allemaal wel. Wat niet gaat gaat niet en met klagen en doemdenken kom ik geen meter verder.
Toch maar niet naar dansles
Tegen 5 uur bekijk ik nog even de website van Prorail: die van de NS is nog steeds onbereikbaar. Ja... mooi niet. Waar ik nog wel eens het avontuur op zoek door expres naar het middelpunt van een sein of wisselstoring te reizen, puur om de chaos ter plekke te aanschouwen en me te verkneukelen in het feit dat ik niet ergens op tijd hoef te zijn, heb ik daar nu weinig zin in. Er worden vertragingen van 1 tot 2 uur gemeld, op een aanbod van 60 tot 70 % minder treinen. Daar begin ik niet aan, ik moet er niet alleen heen, maar ook terug en ik ben er niet gerust op dat de problemen in de avond, wanneer er - voor mijn begrippen - uiterst strenge vorst rond -15 voorspelt wordt, niet nog erger worden, zeker daar een enkele weerdienst zelfs voorzichtig -20 durft uit te spreken.
Pas enige momenten later besef ik dat hierdoor ook m'n bezoek aan de Feis in gevaar komt: als de NS de boel niet op orde heeft tegen komende zondag, dan is het helaas pech gehad, maar dan geen Feis voor mij.
Overvol station
Als ik in de avond op huis aan ga en door het CS naar de bus wandel, biedt de hal van het station een klassieke aanblik: enorme groepen reizigers die op de grond zijn gaan zitten en afwachten tot 'hun' trein weer gaat rijden en de trappen naar de perrons die afgeladen vol zitten met mensen die wat te eten gehaald hebben.
De temperatuur is zeker een verschil: een verschrikkelijk koude wind waait door de voetgangerstunnel en maakt het wachten bepaald niet aangenaam.
De bus blijkt gewoon te rijden: er zijn wat vertragingen, maar het mag echt geen naam hebben. Wel wordt het m'n meest spectaculaire busrit ooit. Nog nooit heb ik meegemaakt dat de wegen zo glad zijn dat de bus op vrijwel elke halte met moeite weg komt en elke keer is duidelijk te voelen (en horen) hoe het gelede-deel van de bus, waar de motor en aangedreven as zit, alle kanten op slipt voordat er zoveel grip is dat er weggereden kan worden. Meerdere keren glijden we, ondanks het langzame rijden en behoedzame remmen, toch vrolijk door bij de haltes.
Defecte voordeur
Bij Ilpendam is het over met de pret: als de bus daar knielt (de bussen EBS neigen niet, maar knielen) om een passagier binnen te laten, klinkt er een knal van onder de bus. De voordeur gaat daarna slechts gedeeltelijk open en blijft halverwege steken. Het uitstekende deel ploegt door enorme wallen platgereden sneeuw die slechts enkele uren oud al kneppelhard geworden zijn. Helaas gaat de deur daarna niet meer dicht...
De opvolgende bus wordt opgeroepen bij de halte te stoppen en alle passagiers over te nemen: zonder morren schikt iedereen in de bus die volgt in en propvol (ik zeg het niet snel, maar er kon echt niemand meer bij) vervolgen we onze weg richting Purmerend.