Techniek - Reparatie van Rodec BX-14 mengpaneel
Met de wens iets meer te kunnen met mixen, kocht ik in 2012 een tweedehands Rodec BX-14 mengpaneel.
Toen er eind 2020 iets wijzigde aan m'n totale geluids-opstelling, besloot ik tot het uitbreiden van de BX-14 met een symmetrische uitgang.
Via Ebay vond ik de moeilijk verkrijgbare uitbreiding (940010028) en op een vrijdagavond bouwde ik de boel in.
Iets té euforisch en suf tegelijk...
Helaas was ik diezelfde dag ook herstellende van een migraine-aanval. Duf van de voorbije koppijn en het rusten maar euforisch dat de aanval voorbij was begon ik aan het inbouwen. Dat had ik beter niet kunnen doen...
Van het printje bestaan (sinds mei 2004) twee versies. Het belangrijkste verschil: de signaalaansluitingen en voedings-aansluitingen zijn verwisseld tussen deze twee versies. Omdat de aansluitingen niet zodanig van lengte verschillen dat verwisselen praktisch uitgesloten is en de toch al slecht leesbare handleiding niet erg duidelijk waarschuwt voor dit verschil ging het dus mis.
Na inschakelen leek alles te werken, tot een enorme brom op de koptelefoon en vol uitslaande VU-meters duidelijk maakten dat er iets mis ging. Onmiddelijk uitgeschakeld en m'n neus bij de fader-sleuven te reuk gelegd. Ik hoefde niet lang te wachten op de karakteristieke geur van halfgeleiders die het loodje gelegd hadden...
Open ermee!
Omdat direct na aankoop al bleek dat een groot deel van de faders de beste tijd had gehad, wist ik al dat dit apparaat gemakkelijk te openen en repareren was.
Op de uitgangsprint waren de defecten zichtbaar én te ruiken. Vrijwel elke opamp op de print had een karakteristiek geurtje en menig voetje had zwarte aanslag ontstaan door het Ontsnappen der Magische Rook.
De meeste opamps (NE5532, TL074) had ik liggen. De TL072 had ik helaas níet op voorraad. Vervelender was het uitbreidingsprintje voor de symmetrische uitgang, waar de IC's ook duidelijk een nieuw geurtje hadden gekregen. De nogal exotische THAT1646 opamps kon ik alleen bij Mouser krijgen, dus de gemiddelde elektronicazaak zou het sowieso niet worden.
Kanttekening: normaliter zou ik onderdelen testen om onnodig vervangen te voorkomen. Deze reparatie deed ik echter in corona-tijd, waardoor even een elektronicazaak binnenstappen er niet bij was. Zodoende werd elke opamp gewoon vervangen.
Daar kwam nog een extra euvel bij. Bij foutzoeken kwam ik al snel uit bij twee onderdelen die, op het oog, op gewone weerstanden leken, namelijk R83 en R84.
De sporen aan beide kanten met aan 1 zijde de grote bus-connector, deden me vermoeden dat dit een voedingslijn was en het zekeringweerstanden betroffen (fusible resistors).
Je ziet ze op de foto rechts tussen de twee elco's, al met 1 pootje losgesoldeerd, inclusief een flinke zweetplek van het doorbranden op de print.
Beide weerstanden maten ongeveer 12 Ohm, maar of dat klopte wist ik natuurlijk niet.
Maar, zonder zekerheid kon ik daar niets mee. Ik zocht op internet naar schema's of onderdelenlijsten, maar vond niets. Uiteindelijk me via Facebook maar op de Rodec-pagina gericht en een bericht gestuurd en me tegelijkertijd aangemeld voor de 'Keep Rodec Alive' groep.
Onverwacht kreeg ik heel snel van de Rodec-pagina de service-manual toegestuurd. Mijn vermoeden was juist: R83 en R84 bleken inderdaad zekeringweerstanden te zijn en de waarde die ik gemeten had was onjuist en moest 22 Ohm bedragen.
Naast de service-manual kreeg ik nog wat extra aanbevelingen wat betreft de onderdelen die ik het beste na kon lopen, waaronder de uitgangstransistors.
Met het bestellen van de TL072 opamps en de weerstanden besloot ik ook twee punten aan te pakken die me al sinds aankoop irriteerden: een paar zwakke LEDs in de VU-meters en enkele PFL-leds waar ook nog amper licht uit kwam. 30 groene LEDs werden dus aan het lijstje toegevoegd.
Let op: bestel types die vrijwel geen kraag hebben! De LEDs van PFL-indicatie zitten in een 90 graden-houder en met kraag passen ze er niet in. Met een freesje in m'n Proxxon was dat kraagje zo verwijderd, maar het had de nodige tijd gescheeld als ik de juiste had gehad.
Vervangen aan de keukentafel
Naast de zooi op m'n eigen tafel is m'n mengtafel ook wel wat pittig om daar op kwijt te kunnen, dus werd de keukentafel leeggeruimd en voorzien van bescherming. Op de foto ligt overigens alleen wat basisgereedschap en lang niet alles.
Naast de al eerder genoemde R83 en R84 zekeringweerstanden op de uitgangsprint, verving ik ook de zekeringweerstanden op de uitbreidingsprint.
Die oogden namelijk ook niet meer zo gezond. De waarde klopte nog (22 Ohm) maar ik had toch extra besteld, dus deze nam ik mee. Erna volgden de THAT1646 opamps.
Aanpakken van de VU-meter
Daarna was de VU-meter aan de beurt. Al sinds aankoop waren een stuk of 6 LEDs enorm zwak ten opzichte van de anderen. Ik wist niet of dat aan een defect van het IC lag, dus mijn vervanging was gokwerk.
Op de foto zie je het printje met de eerste nieuwe groene LED liggen, daarnaast alle nieuwe ingestoken, maar nog niet gesoldeerd.
Het solderen van de LEDs voor de VU-meters is een precisieklus. De LEDs steken namelijk ietsje door de frontplaat heen. Dat vereist dat ze allemaal op dezelfde hoogte en extreem recht gesoldeerd moeten worden, anders krijg je de print er straks niet meer in.
De oplossing voor de montage-hoogte is simpel: steek alle LEDs in de print en leg de print dan met de LEDs naar beneden op een vlakke, stevige ondergrond en leg iets op de print om deze in bedwang te houden. De nog aanwezige LEDs zorgen er dan wel voor dat de nieuwe op dezelfde hoogte blijven.
De LEDs recht krijgen is gelukkig niet moeilijk (als je het onderdeel hebt om je te helpen tenminste).
Door een 2,54 mm header op de pootjes van de nieuwe LEDs te schuiven kunnen ze onmogelijk nog scheef zakken en hoef je je alleen nog maar om de uitlijning met de al aanwezige LEDs te bekommeren.
Testen!
Na het vervangen van de PFL-LEDs controleerde ik uiteraard heel goed of ik het uitbreidingsprintje juist aangesloten had voor er spanning op gezet werd. Daarna sloot ik eerst de uitgangsprint aan, controleerde de stroomopname en sloot toen elke kanaalprint stuk voor stuk aan, om er gelukkig achter te komen dat die alles overleefd hadden en er dus niets raars gebeurde.
Met de toongenerator van pa, een model dat nog met buizen werkt, en de oscilloscoop op de uitgang floot ik vervolgens kanaal voor kanaal en instelling (platenspeler, lijn-ingang en microfoon-ingang!) voor instelling door.
Deze test doorstond het mengpaneel prima, dus hierna was het belangrijkste wel voorbij.
Bij het doorfluiten bleek dat de LEDs van de VU-meter inderdaad aan vervanging toe waren geweest en dat ook de PFL-LEDs weer allemaal even helder schenen.
Schoonmaak en terug in gebruik
Toen ik de mengtafel geheel uit elkaar had voor het vervangen van de PFL-LEDs heb ik de mogelijkheid benut de frontplaat goed schoon te maken. En dat was nodig ook! Waarschijnlijk heeft dit exemplaar jarenlang dienst gedaan in een rookruimte, want de stank was verschrikkelijk en het water werd al snel bruin...
Ook de achterkant kreeg de aandacht die hij verdiende. Elke tulp-aansluiting, XLR- en jack-bus werd grondig gereinigd (zowel binnen als buiten) en daarna werd alles weer in elkaar gezet.
Alles blonk me tegemoet en waarschijnlijk is het ding in jaren niet zo schoon geweest!
Hierna nam ik 'm tevreden weer in gebruik. Op naar nog eens jaren plezier van dit apparaat!